Wat is immuniteit?

Er is sprake van immuniteit als een persoon niet vatbaar is voor een bepaalde ziekteverwekker of een ziekte. Dit betekent in de praktijk dus dat deze persoon de betreffende ziekte niet kan krijgen. Deze immuniteit kan op een aantal manieren ontstaan waarbij er twee stromingen kunnen worden gevolgd. Er is sprake van een natuurlijke immuniteit als een persoon de betreffende ziekte heeft gekregen. In dit geval zal het immuunsysteem van deze persoon in contact komen met de antigenen van de ziekteverwekker. Hierdoor produceert het lichaam antistoffen en geheugencellen tegen de specifieke ziekteverwekker. Daarnaast kan er sprake zijn van natuurlijke passieve immunisatie. Hierbij kan gedacht worden aan baby’s die afweerstoffen binnen krijgen via de moedermelk.

Naast de natuurlijke stroming is er ook een kunstmatige manier om immuniteit te verwerven. Ook hierbij kan onderscheid gemaakt tussen passieve- en actieve immunisatie. Passieve immunisatie wordt in dit geval gerealiseerd door het toedienen van een vaccin. Hierbij wordt een verzwakte ziekteverwekker ingespoten om een reactie van het immuunsysteem in gang te zetten. Hierbij worden antistoffen en geheugencellen ontwikkeld. Dit zal zorgen voor immuniteit van het lichaam als deze echt wordt blootgesteld aan de ziekte. Tot slot is er sprake van passieve kunstmatige immuniteit als er een serum wordt toegediend. Een serum is een antistof. Deze antistof zal direct de lichaamsvreemde stoffen onschadelijk maken zonder dat het afweersysteem van de mens wordt geactiveerd. Dit is ook niet noodzakelijk omdat het lichaam al beschikt over een (externe) antistof. Een serum wordt dan ook toegediend bij spoedeisende situaties zoals bij een giftige beet van dieren.